Voedselveiligheid houdt verband met de aanwezigheid van gevaren in voedsel op het moment van consumptie (inname door de consument). Aangezien gevaren voor de voedselveiligheid overal in de voedselketen kunnen ontstaan, is adequate beheersing in de gehele voedselketen noodzakelijk. De voedselveiligheid wordt dan ook bewerkstelligd door een gecombineerde inspanning van alle partijen die een rol spelen in de voedselketen.
Organisaties in de voedselketen variëren van fabrikanten van veevoer en primaire producten tot fabrikanten van voedingsmiddelen, ondernemingen in transport en opslag en toeleveranciers van detailhandel en voedselafnamepunten (tezamen met gerelateerde organisaties zoals producenten van apparatuur, verpakkingsmateriaal, reinigingsmiddelen, hulpstoffen en ingrediënten). Dit omvat ook dienstverlenende organisaties.
In deze internationale norm worden eisen gesprecificeerd voor een managementsysteem voor voedselveiligheid, waarin de volgende algemeen erkende hoofdelementen zijn samengebracht, teneinde de voedselveiligheid in de gehele voedselketen te bewerkstelligen, tot het uiteindelijke punt van consumptie:
- interactieve communicatie;
- beheren van systeem;
- basisvoorwaardenprogramma’s;
- HACCP-principes.
Communicatie in de gehele voedselketen is noodzakelijk om te bewerkstelligen dat alle relevante gevaren voor de voedselveiligheid worden herkend en adequaat worden beheerst in elke stap van de voedselketen. Dit behelst communicatie tussen zowel bovenstroomse als benedenstroomse organisaties in de voedselketen.
Communicatie met klanten en leveranciers over geïdentificeerde gevaren en beheersmaatregelen helpt bij het verduidelijken van eisen die de klant en de leveranciers stellen (bijvoorbeeld met betrekking tot de haalbaarheid en noodzaak van de eisen en de invloed ervan op het eindproduct).